Over het algemeen voelen mensen zich het prettigst wanneer er aan vier ‘psychologische basisbehoeften’ wordt voldaan [1]. Het gaat hier dus niet om behoeften zoals zuurstof, voldoende eten of een dak boven je hoofd, maar om psychologische behoeften. Iedereen heeft deze vier behoeften, of je als professional actief bent, een uitkering ontvangt, enorme schulden hebt, in een sociaal isolement zit, of statushouder bent.
De vier behoeften zijn:
- Het gevoel van autonomie: de mate waarin je het gevoel hebt regie te voeren, onafhankelijk te zijn van anderen en invloed kunt uitoefenen op je situatie. Dat je het recht hebt en de ruimte krijgt om je eigen keuzes te maken, ook al zijn anderen het misschien niet met je eens. Het gaat bij autonomie dus om erkenning voor je onafhankelijkheid en je regie.
- Het gevoel van inclusie: het gevoel erbij te horen en welkom te zijn, vooral in een groep waarin je je thuis voelt en waarmee je je identificeert. En dan niet alleen dat anderen je opnemen in een groep uit medelijden of een sociaal besef (“Kom maar bij ons, anders is het ook zo zielig dat je geen groep hebt”), maar omdat zij het ook echt fijn en waardevol vinden dat je bij de groep hoort. Het gaat bij inclusie dus om erkenning voor jouw aanwezigheid en deelname aan de groep, maar ook voor de toegevoegde waarde van jouw aanwezigheid.
- Het gevoel van affectie: het gevoel gezien, gehoord, gewaardeerd en geaccepteerd te worden. Niet voor wat je kunt, kent of voor wat je hebt, maar gewoon voor wie je bent. Voor alles waar jij voor staat als mens. Het gaat bij affectie om acceptatie, warmte, empathie en compassie. Het gaat daarbij dus om erkenning voor wie je bent.
- Het gevoel van competentie: het gevoel dat je kennis, vaardigheden en expertise worden gezien en gewaardeerd. Dat gezien wordt dat je tot veel dingen in staat bent. Niet alleen door anderen, maar ook door jezelf. Het gaat bij competentie dus om erkenning voor wat je kent en wat je kunt.
De vier basisbehoeften hangen met elkaar samen, maar mensen verschillen in welke behoefte zij belangrijker vinden, of gevoeliger voor zijn als deze behoefte onvoldoende wordt bediend. De één heeft meer behoefte aan een gevoel van autonomie en erkenning voor de sturing die hij zelf kan geven aan zijn leven, terwijl de ander meer behoefte heeft aan inclusie en het gevoel erbij te horen.
[1] Dit is een aangepast model, gebaseerd op de zelfdeterminatietheorie van Deci & Ryan (2000).