Afgelopen week werden de resultaten van het onderzoek van adviesbureau Berenschot, uitgeverij Performa en AFAS Software naar diversiteit en inclusie op de arbeidsmarkt naar buiten gebracht. Hoewel diversiteit en inclusie op de arbeidsmarkt een hoop politieke en maatschappelijke aandacht krijgt de laatste jaren, bleek uit dit recente onderzoek dat er weinig aandacht is voor deze onderwerpen binnen Nederlandse bedrijven. Veel organisaties hebben diversiteit en inclusie als thema’s op de kaart en een derde van de organisaties geeft aan dat zij de thema’s zeer belangrijk vinden, maar veel organisaties verankeren deze vervolgens niet in hun beleid. Maar liefst 66% van de bedrijven blijkt niet actief te sturen op diversiteit en slechts 20% voert daadwerkelijk een actief diversiteitsbeleid .
Door de gebeurtenissen van de laatste paar weken wordt er vrij snel de link gelegd tussen diversiteit en ras. Een zeer belangrijk en relevant onderwerp dat de aandacht krijgt die het verdient. Hierbij moeten we echter niet voorbij gaan aan de andere aspecten waarop wij diversiteit kennen. Diversiteit op basis van ras, etniciteit, geslacht en leeftijd, maar ook psychische diversiteit. Ook voor psychische diversiteit, net als veel andere vormen van diversiteit, is vaak nog weinig ruimte op de arbeidsmarkt. En dat terwijl bijna de helft van de Nederlanders ergens in zijn leven te maken krijgt met een psychische aandoening. Denk hierbij aan een angststoornis, depressie, burn-out, autisme, ADHD, alcohol- of drugsmisbruik.
Hoewel de laatste tijd dus enorm veel aandacht is voor diversiteit op basis van ras en etniciteit (en terecht), moeten we met zijn allen niet vergeten dat het probleem heerst op meerdere vlakken. Aandacht voor al deze vormen van diversiteit en inclusie op al deze aspecten is noodzakelijk voor een inclusieve arbeidsmarkt. Voor ons, maar juist ook voor de toekomstige generaties.