Gedrag beïnvloeden en iemand een bepaalde richting op helpen is makkelijker gezegd dan gedaan. Want waar moet je je precies op richten om ‘het gedrag’ te beïnvloeden? Dat is toch veel te groot en te abstract? Het integratief gedragsmodel maakt het een stuk inzichtelijker. Dit model laat zien dat het gedrag bestaat uit een aantal duidelijke specifieke elementen. Dit maakt het gedrag van mensen opeens een stuk inzichtelijker en kun jij gerichter coachen.
Met deze mooie kleurrijke spiekwaaier is het model zo binnen handbereik. Je kunt voor jouw gesprek met de klant even snel ‘spieken’ uit welke elementen gedrag ook al weer bestaat en welke techniek je het best kunt gebruiken om dat ene element te beïnvloeden.
Maar ja, zou je inderdaad zo’n spiekwaaier gaan gebruiken in de praktijk? Laten we hier eens naar kijken aan de hand van… het integratief gedragsmodel! Of je dit model wel of niet uit je broekzak gaat halen om te gaan gebruiken in de gesprekken met een klant, om zo zij of haar optimale participatie te realiseren, hangt af van verschillende factoren. Je moet het bijvoorbeeld eerst WILLEN:
Houding: wat is jouw houding ten opzichte van het gebruik van wetenschappelijke modellen in jouw gesprekken? Heb je er bijvoorbeeld eerdere ervaringen mee? En hoe zijn die ervaringen bevallen?
Geloof in eigen kunnen: heb je er vertrouwen in dat je deze technieken goed kunt toepassen? Wanneer je daar veel vertrouwen in hebt omdat je dat wel vaker doet, is de kans groter dat je de spiekwaaier erbij wilt pakken.
Sociale druk: wat vinden belangrijke anderen van het toepassen van technieken gebaseerd op de wetenschap? Wat vindt bijvoorbeeld jouw leidinggevende en wat vinden jouw collega’s?
Dat willen proberen wij natuurlijk te beïnvloeden, bijvoorbeeld door de spiekwaaier er mooi uit te laten zien, de onderwerpen en voorbeelden zo veel mogelijk te laten aansluiten bij jouw werk, het gebruik zo makkelijk mogelijk te maken en je uit te nodigen om er met collega’s over te praten.
Naast het willen gebruiken van de spiekwaaier en het integratief gedragsmodel, is het ook belangrijk dat de situatie en jouw vaardigheden het toelaten. Oftewel: je moet de spiekwaaier ook KUNNEN gebruiken.
Vaardigheden: heb jij voldoende kennis over de waaier, heb je voldoende vaardigheden om dit wetenschappelijke model toe te passen in de praktijk?
Zelfregulering: zelfregulerende vaardigheden gaan onder andere over doorzettingsvermogen. Neem je zelf het initiatief om de waaier uit te gaan proberen? Wanneer het even tegenzit of niet in één keer lukt, ben je dan in staat om door te zetten?
Context: Kun je de waaier makkelijk gebruiken, of alleen als je verbinding met internet hebt, of op kantoor zit? Zijn de tips toe te passen tijdens beeldbellen? Heb je ruimte op je bureau of in je tas voor een spiekwaaier?
Praktische belemmeringen: wanneer jij praktisch belemmerd wordt doordat de hand waarmee jij altijd spullen uit je broekzak haalt, nu in het gips zit, wordt het ook al lastiger om de spiekwaaier uit je broekzak te halen.
Dat ‘kunnen’ proberen wij ook te beïnvloeden, bijvoorbeeld door juist de waaier zo te maken dat je geen nieuwe vaardigheden nodig hebt, maar bestaande vaardigheden kunt benutten. Of het makkelijk te maken om de waaier mee te nemen naar een gesprek, of naast je computer te hebben liggen bij een beeldbelgesprek, zodat er weinig obstakels zijn.
Ben je benieuwd geworden naar de spiekwaaier en alle technieken die we daarin bespreken? Neem vooral contact met ons op!
En wil je graag wat meer weten over het integratief gedragsmodel? We schreven recent deze artikelen over het model.
Graag hoor ik hoe ik aan de Spiekwaaier kan komen; heel inspirerend om deze ook echt te gaan gebruiken.