Recent is de pilot Taalsnelweg naar Werk afgerond. Deze ‘Taalsnelweg’ is daarmee een van de eerst afgeronde duale trajecten voor statushouders binnen het Pilotprogramma Veranderopgave Inburgering (VOI). Deze pilot is een samenwerkingsverband tussen VluchtelingenWerk Nederland, de gemeenten Vijfheerenlanden, Molenlanden en Gorinchem en uitvoeringsorganisatie Avres. In de pilot is het programma van de Taalsnelweg naar Werk geïmplementeerd, dat uit twee fasen bestaat:
- Fase 1: 18 tot 24 weken intensief onderwijs: De deelnemers volgen 4 dagen per week, 5uur per dag taalonderwijs en 1 dag per week onderwijs op het gebied van arbeidstoeleiding, beweging en gezondheid en financiële zelfredzaamheid.
- Fase 2: Werkervaring opdoen: De deelnemers doen werkervaring op bij werkgever die zoveel mogelijk aansluit op de wensen en mogelijkheden van de deelnemer. In de avonduren hebben zij de mogelijkheid om nog vervolgtaalonderwijs te ontvangen.
Deze intensieve combinatie van taal en werk (leren en doen) is erop gericht om inburgeringsplichtigen te ondersteunen sneller de Nederlandse taal te leren, dit toe te passen in de praktijk en sneller werk te vinden én te behouden. En dus ook effectiever en duurzamer te integreren in de Nederlandse samenleving.
ZINZIZ heeft de afgelopen anderhalf jaar het proces en de impact van ‘de Taalsnelweg naar Werk’ onderzocht en recent het eindrapport gepubliceerd.
Conclusie: de Taalsnelweg naar Werk geeft een sterke impuls richting werk
De Taalsnelweg naar Werk heeft een breed en gevarieerd bereik van 40 deelnemers gehad. De meesten van hen zetten binnen het onderwijsprogramma belangrijke stappen: duidelijke vorderingen op taalgebied, meer kennis over financiën, de Nederlandse arbeidsmarkt en over hoe men goed voorbereid kan zijn op werken in Nederland. De deelnemers hebben veel enthousiasme over het programma, hebben meer contacten door deelname, er is een positieve groepsdynamiek en vooral een duidelijke blik gericht op de loopbaan en (uiteindelijk) aan het werk gaan. Wel verloopt de ontwikkeling bij de een voorspoediger dan bij de ander.
Op het gebied van werk(ervaring) zijn ook duidelijk successen zichtbaar: een deel is doorgestroomd naar betaald werk, veel hebben werkervaring opgedaan, doen dat nu of gaan dat doen (als de coronamaatregelen dit weer mogelijk maken). Het algemene beeld is dat het overgrote deel van de deelnemers in deze periode nadrukkelijk bezig is met het opbouwen van een loopbaanperspectief. Het beeld is dan ook dat de Taalsnelweg naar Werk hier een impuls in heeft gegeven. Daarmee is de kans groot dat hun traject naar werk versneld wordt door deelname aan de Taalsnelweg naar Werk. Dat lijkt ook te gelden voor deelnemers die met een grotere (Nederlandse) taalachterstand aan de Taalsnelweg zijn begonnen.
Toch wordt ook duidelijk dat de verwachtingen rondom reguliere, ongesubsidieerd werk op korte termijn niet al te hooggespannen moeten zijn: direct een betaalde baan vinden na de Taalsnelweg zit er voor lang niet alle deelnemers in. Zij moeten zich eerst nog verder ontwikkelen in de Nederlandse taal, of kampen met omstandigheden waardoor werk op korte termijn nog niet haalbaar is. Voor hen geldt dat het traject naar werk meer tijd en ontwikkeling nodig heeft. Een intensievere begeleiding tijdens de werkervaring en ook daarna kan hen helpen om dit proces nog beter vorm te geven. Want ook over de meeste van de deelnemers die na afloop van het programma nog een grotere afstand tot de arbeidsmarkt hebben is het beeld dat zij stappen zetten in participatie en daarbij gericht zijn op het uiteindelijke doel om ook te kunnen gaan werken.
Samenwerking tussen partijen cruciale succesfactor
Uit de evaluatie blijkt ook dat veel afhangt van de goede samenwerking tussen de betrokken partijen en professionals, een verbindende aanjager en voldoende begeleiding van de deelnemers tijdens en na de werkervaring. Met de Taalsnelweg naar Werk is een structuur opgebouwd waarbinnen statushouders van vele kanten geholpen worden. Hierdoor worden mooie resultaten behaald en is het ook een waardevolle en werkbare aanpak om inburgeringsplichtigen sneller richting arbeidsparticipatie te bewegen. Dit samenspel lijkt ervoor te zorgen dat de focus van de deelnemer vanaf het begin gericht is op het beter leren van de Nederlandse taal én op hun loopbaan. Om ervoor te zorgen dat die focus niet verslapt is het wel essentieel dat de begeleiding en opvolging goed georganiseerd zijn en dat een goed functionerende samenwerking en sturing geborgd zijn.
Nieuwsgierig?
Vragen naar aanleiding van dit onderzoek? Of benieuwd naar wat ZINZIZ voor uw organisatie of gemeente kan betekenen, bijvoorbeeld op het gebied van de Veranderopgave Inburgering? Neem contact op met Anner Bindels (anner@zinziz.nl of 06 – 406313094).